• Van Reeth Els - Atletenstraat 7 - 2020 ANTWERPEN
  • info@plek-architecten.be

0473 58 64 18

De laatste tijd krijgen we vele vragen van mensen om het verwarmingssysteem onder de loep te nemen, vooral omdat men in paniek slaat over “die bijkomende kosten van het capaciteitstarief”.

Ten eerste willen we verduidelijken dat het geen bijkomende kost zal zijn, maar een andere berekening van uw factuur. Tot nu toe werden de nettarieven alleen berekend op basis van uw verbruik (in kWh). Vanaf 2023 houdt men ook rekening met hoeveel elektriciteit u maximaal tegelijk verbruikt (in kW). 

Elke energiefactuur bestaat uit drie delen: De energiekost (ca35%) is voor uw energieleverancier + distributie&netkosten (ca45%) zijn voor uw netbeheerder + heffingen&btw (ca 20%) zijn voor de overheid.

Het gedeelte nettarief bevat op zichzelf ook enkele onderdelen, waarbij dus ook het nieuwe capaciteitstarief, uiteindelijk slechts een 7% van uw totale factuur.

  • Een vast tarief per jaar voor databeheer (voor het uitlezen en het verwerken van de meterstanden)
  • Gezinnen met een productie-installatie (meestal zonnepanelen) met een omvormer vermogen kleiner dan of gelijk aan 10 kW en een klassieke meter, betalen ook een prosumententarief. Dat is een aanvullende vergoeding voor uw niet-gemeten afname van het elektriciteitsnet. 
  • Het capaciteitstarief : Voor mensen met een digitale meter zal dit berekend worden op basis van een gemiddelde maandpiek. Voor mensen met een klassieke meter zal dat een vast bedrag zijn.
  • Het afnametarief : voor het gebruik van het, dit is verrekend op basis van uw elektriciteitsverbruik, daarbij zitten ook de kosten voor openbaredienstverplichtingen en een aantal toeslagen. 

Vanaf 2023 hangen de nettarieven op uw elektriciteitsfactuur dus niet alleen af van de hoeveelheid elektriciteit die u verbruikt, ook van hoeveel elektriciteit u tegelijk verbruikt. Uw elektrische auto opladen én wassen én bakken in de oven op hetzelfde moment is dus niet zo’n goed idee. Met het nieuwe capaciteitstarief moedigt de overheid u aan om hoge pieken te vermijden en uw verbruik te spreiden.

Hebt u een digitale meter? Dan betaalt u dus nettarieven met capaciteitstarief én afnametarief. Zou u met het capaciteitstarief en afnametarief meer nettarieven betalen dan met het maximumtarief? Dan betaalt u het maximumtarief. meer info kan u vinden bij vreg.

Hoe werkt dan dat capaciteitstarief?

Vanaf 2022 wordt elke maand jouw hoogste kwartierpiek geregistreerd, met een minimum van 2,5 kW. De kwartierpiek wordt bepaald door elk kwartier jouw verbruik in kWh te meten en dit getal te vermenigvuldigen met 4. Als jouw hoogste kwartierverbruik in een maand bijvoorbeeld 1,5 kWh was, heb je in dat kwartier een piek van 6 kW nodig gehad. Bij de jaarlijkse meteropname wordt het gemiddelde van de laatste 12 maandpieken genomen en hierop wordt jouw bijdrage aan de nettarieven gebaseerd. Als je nog geen digitale meter hebt, is het onmogelijk om het piekvermogen te registreren. In dat geval wordt een minimum piek van 2,5 kW aangerekend. Met een digitale meter kun je via het ‘Mijn Fluvius‘ portaal jouw kwartierverbruiken, en dus ook de pieken, opvolgen.

Verwacht wordt dat je ongeveer €50 betaalt per kW piekvermogen met een minimumvermogen van 2,5 kW. VREG schat de gemiddelde piek van een gezin momenteel op 3,15 kW. De prijs per kWh daalt dan tot ongeveer 20 cent.

Omdat je een deel van de nettarieven betaalt op basis van het piekvermogen, zitten deze niet meer in het normale kWh-tarief. De prijs per kWh zal dus ook dalen, vermoedelijk met 5 à 6 cent. De eerste berekeningen tonen aan dat 60% van de gezinnen weinig tot geen verschil zullen zien op hun elektriciteitsfactuur. Als je in staat bent om jouw verbruik te spreiden en zo pieken kunt vermijden, zul je zelfs minder betalen dan nu.

Wil u weten wat het voor u betekend? Doe dan een simulatie : https://simulatornieuwenettarieven.vreg.be/